woensdag 29 april 2015

Spektakel achter de speeltafel

Matthias Havinga
Hendriks, Böhm, Bach, Mendelssohn, Franck, Messiaen. Matthias Havinga, Christiaan de Vries. Amsterdam, Koepelkerk, 10 januari

Voor het pas gerestaureerde orgel van de Lutherse Koepelkerk, de oude Sonesta koepelzaal, hangt een videoscherm. Je ziet Matthias Havinga met handen en voeten in de weer op de manualen en pedalen van het eeuwenoude instrument. Aan weerskanten staan registranten in de houding, klaar om op het juiste moment de registerknoppen uit te trekken of in te duwen. Eindelijk zie je het spektakel dat zich afspeelt in de geheimzinnige holten van een orgel. De eerste, drukbezochte editie van de serie blaast niet alleen de oude concerttraditie nieuw leven in, er klinkt in door dat een generatie organisten is opgestaan die gevoel heeft voor communicatie.
Het orgel, gebouwd door Jonathan Bätz, was slecht onderhouden maar na een grondige restauratie is het weer in topconditie. In het programma van Matthias Havinga klinkt zijn enthousiasme door over de mogelijkheden van het instrument. Gebleven is de zware aanslag, een extra moeilijkheid voor de bespeler. Toch klatert een eenvoudige psalm van Hendrik Speuy, uit het begin van de 17de eeuw, licht en speels door de kerk. Daar tegenover staat het broeierige L'apparition de l'église éternelle, van de 20ste-eeuwer Messiaen, waarin dichte akkoorden als traag schuivend lava-gesteente over elkaar heen rollen.

De Toccata van Christiaan Frederik Hendriks jr., een voorganger van Havinga, ligt daar tussenin. Feestelijk jubelen zijn snelle notenslierten boven lange, liggende bassen - tot de sfeer omslaat. Je ziet op het scherm hoe een van de jongens naast Havinga in de houding gaat staan en bliksemsnel aan een registerknop trekt. Ineens dendert een dreigend koraal door de Koepelkerk - het stuk krijgt een onverwacht theatrale wending.

Mooi dat naast de vele variaties op een heldere klank ook een nostalgisch omfloerste kleur is overgebleven die alludeert op de woorden Vater unser im Himmelreich. De toonzetting van het gebed door Georg Böhm krijgt een sfeervolle uitvoering van de tweede vaste bespeler van het Bätz-orgel, Christiaan de Vries.

Dan is Matthias Havinga weer aan zet in Bachs Prelude en Fuga BWV 543, met een speelse, geraffineerde timing in de prelude en gevaarlijk snel voetenwerk in de fuga. Havinga is een meester in zijn vak. Hij laat horen en zien dat orgel spelen een kunst is die je niet moet verwarren met het begeleiden van de gemeente tijdens een kerkdienst. Dit is tienkamp voor lichaam en geest. Als je die zo beheerst als hij, speel je er iedere zaal mee plat.
Biëlla Luttmer
de Volkskrant, 12 januari 2015

Geen opmerkingen:

Een reactie posten