Een live optreden van de Portugese pianiste Maria Joao Pires
is altijd spannend – allereerst vanwege haar onovertroffen toon, maar direct daarna
door de incidenten die telkens opnieuw op haar pad komen: een verkeerd concert
ingestudeerd, tijdens het koken een van haar kostbare vingers verwond aan een
visgraat, zorgen om een ontvoerd pleegkind. Op haar cd’s vallen die
privéperikelen weg. Dan hoor je enkel de toverklank die ze uit haar Steinway
laat vloeien, en de kalme concentratie die de uitvoeringen van de gerijpte
Pires tot een weldadige ervaring maken. Over haar werk aan de Sonates D 845 en
D 960, Schuberts laatste, zegt ze zelf: ‘Als je aan een stuk gaat werken, kun
je er je eigen interpretatie op loslaten. Of je doet het tegendeel: je laat het
stuk zoals het is en bent er alleen mee bezig het te leren kennen.’ Dat laatste
blijkt minstens zo boeiend.
Biëlla Luttmer
Maria Joao Pires
Schubert: Sonate D845 en D960
Deutsche Grammophon
de Volkskrant, 6 maart 2013
Geen opmerkingen:
Een reactie posten